Het afgelopen weekend was ik voor het eerst in een lange periode in Nederland. Dat was niet per toeval, het was namelijk Pasen (een mooie gelegenheid om mijn familie te zien), Prilpop (waar ik zou optreden met onze band Alfons en Theodorus) en ik zou ook voor het eerst mijn maandelijkse voordracht op Radio Noadors live in de studio kunnen doen. Hieronder heb ik de drie stukjes die ik voorlas daar uitgetypt. Ik koos juist deze stukjes uit, omdat ze goed aansloten bij mijn gevoelens van dat weekend. Op het Prilpop festival in Sevenum kwam ik namelijk heel veel van m’n vrienden en vage kennissen tegen. En die ontmoetingen leiden vaak tot bepaalde confrontaties met mezelf. Zo kopen al m’n vrienden nu plotseling een huis, en zijn al m’n oud klas genoten een PhD begonnen. Zijn dat keuzes die ik eigenlijk ook moet maken? Loop ik dadelijk achter de feiten aan als ik nu niet mee ga met die keuzes? Dat soort dingen.
Het leven, long voor long ademend
Wanneer je met slechts één long tegelijk ademt, bespaar je een hele hoop tijd die daarna optimaal benut kan worden Probeert u het maar adem in adem uit adem in adem uit Ik wil minder ademen ik wil meer dingen doen Ik wil iets ondernemen Ik wil de benen nemen Ik wil een bedrijf opzetten en daarna 10 miljoen omzetten Ik wil heel hard werken en dat dan leuk vinden Ik wil diploma’s bij elkaar harken en eten als een varken Ik wil contact houden met iedereen Ik wil de linkse elite provoceren en ik wil een imam bekeren Discussies voeren met het intellect en erbij zijn wanneer Maxima’s naaktfoto lekt oh, ik wou dat ik nooit meer hoefde te slapen want dat is welhaast nog nuttelozer dan ademen Nee nee, ik wil niet slapen ik wil Koreaans leren ik wil meer leren begeren en ik wil converseren met wijsgeren en daarna Afrika bezoeken bier tappen klokken luiden ieder feestje bezoeken en dan handen schudden ofzo en ik wil vrijen met een meid van iedere nationaliteit maar ik heb te weinig tijd nee fok dat ik wil geen rust ik wil materiële bevrediging Ik wil een ventilator pepermolen shampo fles een frietje met mayo een oplaadkabel van twee meter een stoelpoot en een douchekop een waterfles, schoteltje, ventieldop een ledstrip en heel veel aanstekers en dan het liefste ook een heel mooi en groot huis om daar dan al die meuk in te flikkeren en soms wil ik alleen maar even een stukje lopen naar een plek waar niemand is alleen maar een paar bomen en dan tussen die bomen, uit het oog van iedereen, adem ik stiekem even met twee longen
De belofte van de zomer
De belofte van de zomer wekt de spieren van de dromer werpt de krokante korst kanten op, hoeken rond, de huizen uit, roept het roekeloos gedrag voor de dag Aan de waterkant drinken we stil noch galant Bier, metaal omrand we werpen blikken naar de overkant Want daar zien we schoonheid in naakte weelde: Een meisje dat met haar haren speelde De afstand is overbrugbaar Maar slechts je ogen maken de overtocht Praktische bezwaren verzwaren je gemoed beletten dat je lichaam überhaupt iets doet Haar haren in je handen houden in gedachten kunnen knikkende knieën niet verder zakken en de schaduwen lijken te likken maar de afstand blijft het zelfde want eigenlijk maakt alleen de zon de knieval vallen de bladeren van de bomen en is de belofte van de zomer nooit waar gekomen
Zozo, prima, welletjes en diverse andere symptomen
Jaja, voorbarige conclusies van tevredenheid Och wat loop toch Jaja, zadelpijn van de lange rit Nee, ben niet in m’n reet genaaid Ik zie wouten met een gerust hart passeren, kan nu zonder gene masturberen Ik las laatst iets waarvan ik dacht ‘oh’ en fietste toen weer door naar Venlo Ik hoef verdomd weinig te doen dus drink ik thee en beweeg ik loom stilaan starend naar de stijgende stoom, besef ik dan: Dat stoom thee is, die ik niet meer drinken kan