Dit boek werd sinds de publicatie gelauwered in Nederland (en het buitenland) en na een vlugge Google Search was ik een beetje bang dat Marieke Lucas een overhyped Minimal-Tumblr-Spokenword kuttemeisje zou zijn. Mijn aversie voor dat soort schrijfels is alom bekend, dus mijn vrees was niet zuinig. De suggestie van mijn vooroordelen werd echter compleet platgereden door haar zesasser. De Avond is Ongemak is een fenomenaal boek!

Desalniettemin zit Marieke Lucas wel in dezelfde hoek van de schrijfwereld als de tiener Tumblr meisjes, omdat haar tekst doordrenkt is van de poëzie en symboliek van der Alltag. Bij de Tumblr-dichters mondt dit echter, zonder uitzondering, uit op ontzettend lege, pretentieuze quasi poëzie, waarin ze een hogere vorm van spiritualiteit menen te vinden in het beschrijven van de kleinste dingen uit der Alltag. Natuurlijk is het beschrijven van kleine dingen een uitstekend vehikel om je poëtische inborst mee te etaleren, maar helaas is het maar al te vaak slechts daarom te doen. Ik denk dan aan ielige blanke meisjes die tijdens een Stukafest samenkomen op studentenkamers en bloedserieus een nietszeggend gedicht zoals onderstaand voordragen, om dan vervolgens een Trump-face te trekken als reactie, want het is toch onoverkomelijk poëzie als de schrijver vaag dingen suggereert waar hij zelfs zelf geen touw aan vast kan knopen?

Pindakaas

pindakaas pot op tafel

ochtend in Delftzijl

grote dingen in kleine potten

Enfin, Marieke Lucas zit zeker in die zelfde hoek van qua schrijfstijl, maar ze heeft het voordeel dat ze begiftigd is met een werkelijk talent. De kleine observaties en soms onverwachtse associaties krijgen in haar boek juist heel veel kleur. Op zinsniveau komt deze poëzie tot leven, maar nog mooier is het wellicht in het bredere optiek van de hoofdstukken. Wanneer de poëzie van de zin zich met de situatie mengt en die vervolgens functioneel toegepast wordt om situaties pagina’s later te duiden. Zo is het hele boek erg mooi aan elkaar gebonden en bereikt het een bijzonder hoog niveau. Deze poëtische inslag is niet verrassend in de wetenschap dat Marieke Lucas eerst een aantal bekroonde dichtbundels gepubliceerd heeft voordat deze debuutroman aangekondigd werd.

“Vanaf nu zou ieder bezoek langer zijn voeten vegen dan nodig was.”

“Verdriet gaat in je wervelkolom zitten, moeders rug wordt steeds krommer.”

Het boek behelst het leven van een jong hoofdpersonage rond haar tiende levensjaar dat opgroeit op in een sterk Reformaistische boerengemeenschap; haar vader is een koeienboer en de TV zit verstopt in een kast. Het grootste thema in het boek is de dood van haar oudere broer op ongeveer twaalfjarige leeftijd. Hij verdrinkt tijdens het schaatsen op de lokale plas. De impact van deze dood op de familie wordt heel erg mooi en poëtische beschrijven door het perspectief van het kinderlijke hoofdpersonage. De onderlinge relatie van de ouders en die tussen de ouders en hun kinderen raakt ernstig bekoeld, waarbij de moeder compleet apathisch lijkt te worden. Deze kille omgeving blijkt de grond te verdorren waarin het hoofdpersonage juist opgroeien wilt. De kiem van het hoofdpersonage blijft derhalve angstvallig verscholen onder het aardoppervlakte, op zoek naar een zonnestraal die haar kan helpen ontspruiten. Het meisje moet het trauma van haar broers dood verwerken tegen de achtergrond van het algehele familietrauma, haar seksuele ontluikingen, de strenge Reformatorische cultuur en het natuurlijke tiener escapisme.

Het boek speelt met de lichtheid van het kindzijn en de fuckupness van het tienerbrein. Er vinden handelingen plaats die behoorlijk leunen op de randen van de walgelijkheid, maar die door de ogen van een kind een zachtere indruk maken dan op volwassenen. Ik zal daar verder niet te veel op ingang omdat ik het effect van die passages niet wil laten verwelken voor toekomstige lezers.

Als laatste wil ik graag nog even terugkomen op schrijfstijl. Zoals ik eerder benoemde, bewonder ik haar poëtische inslag enorm; ze weet die dat erg goed in romanvorm te presenteren. Daarnaast wil ik echter ook graag haar gebruik van symboliek en metaforen toelichten. In haar intelligente verwijzingsstructuren maakt ze veel gebruik van Bijbelse verhalen, het boerenleven en typische symboliek rondom rouw en dood. Ze blijft daarbij heel erg dicht bij het perspectief van het kind, wat een wonderlijk effect sorteert op de lezer.

Even maakt Marieke Lucas wel een faux-pas wanneer ze uit die symboliek stapt en het kind laat zeggen: ‘De dood heeft geen familie, daarom zoekt hij steeds een nieuw lichaam, zodat hij even niet meer eenzaam is, totdat diegene onder de grond is, dan zoekt hij weer verder.’ Dat vond ik niet in het boek passen. In de rest van het boek verteld ze het verhaal door de gebeurtenissen en de acties van het kind terwijl ze hier probeert een soort wijsheid in haar uitspraken te leggen. Ze neigde daar wat mij betreft even naar de moderne poëzie meisjes met hun pindakaaspotten.

Ik moet eerlijk bekennen dat er een paar weken over heen zijn gegaan voordat ik aan deze review begonnen ben, maar nu ik zo door de gemarkeerde passages in het boek blader, raak ik toch steeds meer overtuigd van het kracht van dit boek. Ik ben nu zelfs geneigd om er vijf sterren aan te geven, maar ik zal dat nalaten omdat ik kan me ook vaag herinneren dat iets me weerhield om dat te doen toen ik het boek nét uitgelezen. Vier sterren dus, maar ik kijk uit om binnenkort haar onlangs verschenen ‘Mijn lieve gunsteling’ te lezen!