Dit artikel is geschreven naar aanleiding van de expositie ‘Caravaggio-Bernini. Barok in Rome’ die te zien zou zijn tot 7 juni in het Rijksmuseum te Amsterdam. Doordat het Rijksmuseum voorlopig wegens COVID-19 haar deuren gesloten moet houden zullen veel mensen niet in staat zal zijn de expositie te bezoeken. Voor hen (en een beetje voor mezelf, ik ben immers ook nog niet bij de tentoonstelling geweest) zal ik aan de hand van een aantal artikelen toch een beeld proberen te schetsen van het ontstaan van de Barok in Rome ten tijde van Caravaggio en Bernini.

Tentoonstelling ‘Caravaggio-Bernini. Barok in Rome’. Bovenstaande foto door Eddo Hartmann

De Concile van Trente

Het ontstaan van de Barok is onlosmakelijk verbonden aan de Concile van Trente (1545–1563). Op deze bijeenkomst van de Katholieke kerk werd namelijk een strategisch plan ontwikkeld tegen de opkomst van het Protestantisme en hun kritieken op de Katholieke kerk. Deze strategie zou bekend komen te staan als de Contra-Reformatie.

Naast hun kritiek op de, door het aura van corruptie omgeven, aflaten-handel, hadden de Protestanten ook grote kritiek op de een bepaalde benadering van beeltenissen binnen de Katholieke kerk. De Protestante keerde zich met name tegen het de Neo-Platonistische benadering van religieuze beeltenissen. Deze ging er vanuit dat een beeltenis in z’n natuur een deel van het gene dat ze representeren draagt. Dit schoot bij de Protestanten het verkeerde keelgat in, want zij geloofden niet dat God in beelden gevangen zat.

Image for post
Beeldenstorm (1630) Dirck van Delen

Met name het Calvinistisch deel van de Gereformeerden trok fel van leer tegen deze Neo-Platonistische benadering van beelden, wat o.a. in de Spaanse Nederlanden resulteerden in de Beeldenstorm (1566). Een periode waarin Protestanten op maniakale wijze alle kerken van beelden ontdeed.

Salient is dat het Orthodoxe idee van beeltenissen in het Westen van het Europese continent niet sterk vertegenwoordigd was. In West Europa benaderde men beeltenissen op een vrij pragmatische wijze: beelden zijn objecten die ondersteuning bieden bij het vertellen van het verhaal Gods. Het kunstenaarschap was in die tijd ook niet omgeven door het Romantische aura van genialiteit en originaliteit. Kunstenaars waren ambachtslieden die functionele objecten maakten: religieuze beeltenissen. Beelden werden veel eerder gezien als een overlevering van een verhaal dan als de expressie van Romantisch kunstenaarschap. Dit was nodig, omdat het overgrote deel van de bevolking niet in staat was de Christelijke verhalen te lezen, daar het gros analfabeet was en nog te meer omdat de Bijbel slechts in het Latijn beschikbaar was. Beelden vervulden dus een zeer praktische rol in het Christelijke leven.

Beelden zijn objecten die ondersteuning bieden bij het vertellen van het verhaal Gods

Het was deze West Europese benadering van kunst de kiem vormde van de propoganda machine die we nu Barok noemen. In het laatste jaar van de Concilie van Trente wijdde de Katholieken een passage in het decreet aan de Roomse benadering van kunst. Kunst moest haar ondersteunende rol weer innemen en volledig in het teken staan van het Christelijke verhaal. Kunst als middel van overtuiging. Hier ligt de oorsprong van de propagandistische werking van kunst ten tijden van de Barok of in andere woorden: een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van propaganda en marketing.

De beslissingen die gemaakt werden in Trente vulde de geesten van de kunstenaars van Rome met een nieuwe levendigheid. Voordat ik echter zal beschrijven hoe kunstenaars als Caravaggio en Bernini deze overtuiging in beeltenissen omzetten, zal ik eerst beschrijven hoe de kunst in Italië er vóór de komst van de Barok uitzag, om een breeder perspectief te bieden op de ontwikkeling van de Barok.

Maniërisme

In het begin van de 16de eeuw waren kunstenaars nog bevangen van het Maniërisme. Deze kunststroming werd ook wel als Late Renaissance kunst getypeerd, omdat het nog volop in het teken staat proporties en elegantie. Anders dan in de hoogtij dagen van de Renaissance, werden de strenge regels wat betreft maat, orde en proportie verworpen en vervangen door een meer persoonlijke stijl. Een elegante nonchalance die vaak wat geknutseld aandeed. Van de stijve, perfecte symmetrie van de Hoog Renaissance kunst, gingen ze naar asymmetrische composities met meer dynamiek en beweging.

Een schoolvoorbeeld van het Maniërisme is ‘Madonna met de Lange Hals’ Parmigianino (hier onder bijgevoegd). Hoewel Maria als toppunt van elegantie wordt afgebeeld, met haar verfijnde kleding, sieraden en handbeweging, is haar nek totaal uit proportie getrokken. Waar een schilder uit de Hoog Renaissance gekozen zou hebben om alle engelen proportioneel aan beide zijde van Maria te verdelen, kiest Parmigianino er voor om alle engelen links in het hoekje van het schilderij te proppen. En wat te denken van de vorm van het kindje Jezus?

Image for post
Madonna met de Lange Hals (1534–40) Parmigianino

De verfijnde stijl en de focus op het materiële en het decoratieve hebben er voor gezorgd dat het Maniërisme nog tot in de 20ste eeuw als decadent bestempeld werd. Er had een vervreemding plaatsgenomen met de natuur en de eerlijke emoties en dus met het verhaal en dat was tegen het zere been van de Katholieke kerk, die na de Concile van Trente juist besloten hadden om terug te keren naar het idee dat kunst het volk moet verbinden aan het verhaal Gods.

Barok

De Barok kan dus gezien worden als resultaat van de Concile van Trente en als onderdeel van de Contra-Reformatie. Dit te meer doordat de groep meest vooraanstaande opdrachtgevers voor kunstwerken in Rome bestond uit de geestelijkheid. Met name de kardinaal Scipione Borghese stond te boek als een groot liefhebber en verzamelaar van kunst. Hij diende enige tijd zelfs als beschermheer van de grote Barok kunstenaars Caravaggio en Bernini.

Deze twee kunstenaars zijn beiden niet geheel toevallig de kopstukken van de expositie in het Rijksmuseum. Beide kunstenaars staan bekend als meester van de technieken die zo typerend zijn voor de Barok. Deze kunstopvatting stond volledig in het teken van het verhaal. De centrale vraag was: hoe kan de kijker zo sterk mogelijk betrokken worden bij de voorstelling van de kunst?

Het antwoord van de Barok op die vraag was Vivacità, ofwel Levendigheid. Door de focus op een aantal kritieke aspecten van de kunst te verleggen ten faveur van het engagement met het verhaal kon deze Levendigheid bewerkstelligd worden.

1. Het Moment

De focus kwam te liggen op de meest expressieve momenten van een verhaal: David die Goliaths onthoofd , Johannes de Doper wiens hoofd word afgesneden, de transformatie van haar naar slangen op Medusa’s hoofd.

Je merkt het al: deze momenten zijn het summum van horror en emotie. Een beter moment uit het verhaal kon dus niet gekozen worden om de volledige aandacht van de kijker op te eisen. Door met behulp van sterke licht contrasten (clair-obscure) ook de aandacht op de meest gruwelijke details te vestigen, maakten de kunstenaars het voor de kijker onmogelijk om de kern van het verhaal te missen.

Image for post
Judith onthoofdt Holofernes (1598–99) Caravaggio

2. De Rol van de Kijker

Een belangrijk onderdeel van Barokke kunst is dat de aanschouwer van het kunstwerk niet louter een passieve rol toebedeeld krijgt. In plaats van het anoniem observeren van een moment uit een verhaal, werd de kijker als onderdeel van het verhaal meegenomen. Een schitterend voorbeeld hiervan is de afbeelding van Ongelovig Thomas door Giovanni Antonio Galli (zie hieronder). In plaats van Ongelovige Thomas op het doek te schilderen, koos Galli ervoor om slechts Jesus af te beelden. Jesus laat zijn wond aan jóu zien, alsof Jesus jóu probeert te overtuigen dat hij werkelijk uit de dood is opgestaan. Met de keuze voor dit perspectief maakt Galli de kijker dus op een actieve manier onderdeel van het verhaal van Ongelovige Thomas. Hij laat de kijker nadenken over zijn eigen geloof in Christus.

Image for post
Christus Laat Zijn Wond Zien (1625–35) Giovanni Antonio Galli

3. Emotie, beweging en details

Door te kiezen voor de met emotie beladen momenten uit het verhaal, boden de kunstenaars van de Barok zichzelf ook de mogelijkheid om de volledige expressie van emoties van alle figuren vast te leggen. Denk aan verwrongen gezichten vol afschuw en afgehakte hoofden waar het bloed en het leven nog uit aan het stromen is. Er werd beweging en realisme in de details verwerkt, zodat de kijker werkelijk het idee had dat ze aanwezig waren van het geschilderde schouwspel. Zo werd er gekozen om de haren van mensen af te beelden alsof ze door de wind bewogen waren, er waren rimpels en wratjes te zien en er was ruimte tussen de lippen gelaten, alsof de geschilderde figuren werkelijk ademde. Iconische zijn ook de vieze voeten die Caravaggio schilderde op het schilderij ‘Madonna di Loreto’ (of: ‘Madonna van de Pelgrims). Je krijgt welhaast het idee dat je vlak achter de pelgrims op de grond geknield zit, geconfronteerd met de vieze zolen van de gast voor je.

Image for post
Madonna van de Pelgrims (1604–06) Caravaggio

Middels deze en andere technieken wisten de kunstenaars van de Barok op ongekende wijze het publiek te betrekken bij het verhaal. Het was een revolutionaire beweging waarbij het dramatische en het realistische op een dusdanige manier gecombineerd werden dat het verhaal het meeste effect had op de kijker.

Invloed van Barok

De ideeën van de Barok hebben blijvende impact gehad op onze wereld. De louter ondersteunende rol van beeltenissen veranderde in een actief overtuigende functie. Dit is een benadering van beelden die we tegenwoordig classificeren als propoganda en marketing, maar in die tijd bestond er nog geen grens tussen kunst en functionele beeldvorming zoals we die nu kennen.

Image for post
Mean Streets (1979) Martin Scorsese

De visuele overtuigingstechnieken die uit de tijd van de Barok stammen, worden tot op heden nog steeds gebruikt. Zo heeft regisseur Martin Scorsese verklaard op bijzondere wijze geïnspireerd te zijn door het licht en kleur gebruik van Caravaggio en heeft hij in diverse scenes straatmodellen proberen te verwerken om het dramatisch realisme in zijn werken te vergroten.

Ook zou je kunnen stellen dat je de geest van Caravaggio terug ziet in hedendaagse ‘influencer campagnes’, waarbij producten, verhalen en idee midden in een realistische situatie geplaatst worden om de kijker van hun werkelijkheid te overtuigen.

Waar de extreem gestylede, kunstmatige TV-reclames dus gezien kunnen worden in lijn van het decadente Maniërisme, zou je de ogenschijnlijk huiselijke setting van een influencer ad dus kunnen vergelijken met de viezen voeten die Caravaggio schilderde.

Het is wellicht wat controversieel om deze directe vergelijkingen te trekken, maar het valt moeilijk te ontkennen dat de geest van de overtuiging door beide groepen vormgevers op zeer effectieve wijze werd ingezet. Op die wijze leeft de geest van de Barok dus nog steeds voort.